De weg naar binnen

Over de ontdekkingstocht naar jezelf

Ik weet niet of ik een buitenbeentje ben of niet, maar: ik leer graag bij over mezelf. Ik vind mezelf boeiend. Waarom doe ik wat ik doe? Waarom blijf ik bepaald idioot gedrag vertonen? Waarom klap ik soms potdicht? Waarom ben ik zo gevoelig? Ik vind therapie extreem fascinerend, ik stap graag met een klein hartje, maar een open blik iemands praktijk binnen. Soms valt dat eens tegen (er moet vertrouwen zijn), maar dan leer je weer bij. En ja, jezelf ontdekken is vaak confronterend en heftig, maar de inzichten en verheldering die je krijgt, zijn vaak zo mooi en waardevol. Pareltjes om mee te dragen in je broekzak. Gigantische trauma's zijn geen must om in therapie te gaan. Ik denk dat ik op mijn tachtigste nog steeds bij iemand zal aankloppen om me te ondersteunen in bepaalde periodes. Elke levensfase heeft zo zijn uitdagingen. Alleen ploeteren in de modder mag, de laarzen aantrekken die iemand je aanreikt ook.

Wie ben ik? Dat was de rode draad doorheen mijn therapieleventje tot nu toe. En vooral: wat doe ik hier in godsnaam op deze aardbol? Ik zocht handvaten om steviger in mijn schoenen te staan, me alles niet zoveel aan te trekken. Ja, alles. Het was een hele zoektocht en zelfs nu ik best lekker in mijn vel zit en rust gevonden heb na een aantal jaren van verloren loperij, vind ik therapie een verrijking in mijn leven. Zelfkennis is zo handig.

Wat therapie is, is door de jaren heen wel geëvolueerd voor mij. Het begrip is ruimer geworden, met het ruimer worden van mijn blik. Ik heb veel gepraat. Veel vragen voorgeschoteld gekregen en beantwoord. Of er toch diep over nagedacht. Maar op een bepaald moment werkte praten niet meer. Met praten bleef ik ergens vastzitten in mijn hoofd, in het rationele. Terwijl ik net iemand ben die té veel nadenkt en in negatieve gedachtenpatronen verstrikt kan raken. Dat praten gaf veel inzicht in mezelf, maar ik ging er niet meer mee vooruit. Dus probeerde ik iets nieuws: therapievormen waarbij ik uit mijn hoofd en in mijn lijf ging.

In onze maatschappij is ons verstand het hoogste goed, we worden aangeleerd om te luisteren naar ons hoofd. Ik weet niet hoe dat bij anderen zit, maar mijn hoofd zuigt veel op van de ideeën van de mensen en maatschappij rondom mij én bovendien is mijn hoofd vaak compleet onbetrouwbaar, echt geen goede raadgever, integendeel. Mijn gedachten zijn vaak complete bullshit. Ik wou dus meer leren luisteren naar mijn buikgevoel. En toen ontdekte ik dat de typische therapiesofa alle mogelijke vormen kan aannemen: een ligbed, een rollenspel, een vrouwencirkel, kleuren met wasco's, een reis door je lijf, een bos.

Ik ben heel visueel ingesteld en emotioneel lichaamswerk was het grote kenterpunt: het maakte alles concreet op een heerlijk symbolische wijze. De bol verdriet in mijn borstkas om het verdriet van mijn vader, die eerst zwaar woog werd losgeweekt en ging zinderen. De begeleide meditatie doorheen mijn lichaam waarin ik uit het zwarte gat in mijn borstkas mijn jonge, wild creatieve ik naarboven heb gehaald, was ook een prachtige ervaring. En zo heb ik nog tientallen voorbeelden. Jup, ik hou van metaforen. Therapie, dat zijn blijkbaar ook metaforen en verhalen die je vooruithelpen.

Ik proefde van gestalttherapie, emotioneel lichaamswerk, ademhalingstechnieken, (familie)opstellingen en energetisch lichaamswerk en ik mocht spelen, uittesten, doen. Zoveel nieuwe werelden die opengingen, zoveel deuren. Vooral die naar mijn lichaam.

Langzaam werd de relatie met mijn lijf veel inniger, na jaren van leven als een hoofd op pootjes. Ik leerde ademen naar de zones in mijn lijf waar stress zat, zelf zachte energie sturen naar bepaalde overprikkelde zones en veel loslaten. Héél veel loslaten. Wat de maatschappij verwacht, wat ikzelf verwacht en alles afleren wat ons (verkeerd) werd aangeleerd over wie en wat we horen te zijn.

Misschien juich ik te vroeg, maar ik voel een verandering. Bij mezelf, maar ook wereldwijd. We zijn aan het evolueren naar minder hoofd en meer buik, naar minder praten en meer luisteren naar die fijne warme stem binnenin ons die wél de weg weet. De weg is naar binnen. Ons onderbewustzijn krijgt meer ademruimte. Cynisme is gepasseerd en wordt zacht gladgestreken met veel aaitjes.

Ik merk ook dat ik mezelf veel minder vraag waarom ik iets doe of waarom de dingen zo zijn. Het waarom lijkt minder relevant. Ik hoef niet alles te weten, ik hoef niet te snappen waarom alles is zoals het is, ik voel een shift van waarom naar wat: wat wil ik diep vanbinnen? Wat maakt mij nu echt blij? En dat is het enige dat telt: blij zijn. Niet streng verwijtend van 'ik moet blij zijn, want ik heb zoveel privileges tegenover andere mensen', nee. Iedereen heeft zijn issues, vergelijken is nutteloos. Het is een blijheid vanuit goesting. Ik wil blij zijn, ik wil genieten van wie ik ben. Er is een shift aan het gebeuren van angst naar liefde. Van controle willen hebben naar gewoon 'zijn'. Het grootste bewijs? Vroeger zou ik deze tekst met tien lagen cynisme overgoten hebben, maar dat hoeft niet meer. Echt, therapie is wijs! In welke vorm dan ook. Zolang het maar bij je past.

“Gigantische trauma's zijn geen must om in therapie te gaan. Ik denk dat ik op mijn tachtigste nog steeds bij iemand zal aankloppen om me te ondersteunen in bepaalde periodes.”

Previous
Previous

Mijn relatie met geld

Next
Next

Groeien als creatieve onderneemster